top of page

REKENEN

Zo de vakantie zit erop. Of is de jouwe net begonnen? Oh, je hebt twee weken? Wat? Moest je naar rato van je werktijdfactor nog dagen terugkomen? Zeker om de kerst alvast voor te bereiden.

Het vakantierooster is maar één van de ergernissen die het resultaat is van onderwijskundige rekenmodellen. Want hoe komt zo’n rooster tot stand? Er wordt vlijtig gerekend. Het aantal uren dat leerlingen moeten maken gedeeld door acht jaar en veertig weken, waarbij Koningsdag op zaterdag valt en 30 september op zondag, je 25 marge-uren moet incalculeren en twee verplichte studiedagen en waarbij… Wie kan het nog volgen? En wat levert het op? Ik weet het: ergernis.

Vroeger was niet alles beter, maar wel duidelijker. Je wist waar je aan toe was. Niet alleen met die vakanties, maar ook met je baan. Vooral sinds we in het basisonderwijs ook met een 40-urige werkweek moeten werken (of was het 38 of 42,5…?) en het jaar bestaat uit 40 werkweken (of was dat 39,2 of 42,4?) snapt niemand meer hoe het zit.

Compensatiedagen, lestijdgebonden uren, opslagfactor, BAPO, werktijdfactoren, 1659 uur, deskundigheidsbevordering, taakbeleid, overlegmodel etc. etc. Allemaal begrippen die je moet hanteren om te bepalen hoeveel je precies moet werken. En laat je dat berekenen door verschillende deskundigen, dan zijn de uitkomsten vaak niet eens hetzelfde.

Ik leer mijn kinderen bij hun rekenactiviteiten dat er vele wegen zijn die naar Rome leiden. Ik houd ze voor om de weg te bewandelen die ze zelf het prettigst vinden, mits ze maar in die oude stad uitkomen. En daar schijnen die deskundigen wat moeite mee te hebben bij het bepalen van die onderwijskundige rekenmodellen. Want hoe meer ze de regels gaan verfijnen, hoe meer ze verstrikt raken in hun eigen gedachtenspinsels. Met als resultaat verschillende antwoorden.

Het is zo complex geworden dat het gevaar bestaat, dat wij gaan denken: laat maar zitten, het zal wel goed zijn. Nee, dat is het niet. De oplossing mag nooit ingewikkelder zijn dan het probleem. Nog zo’n mooie die ik mijn leerlingen voorhoud. Ik denk dat het tijd wordt dat we aan de dames en heren in hun ivoren torens eens duidelijk maken dat ons vak niet te vangen is in een leuke formule. Geen dag is hetzelfde, geen week lijkt op de vorige, elke maand heeft zijn eigen dynamiek. We weten dat december een drukke tijd is, dat de weken waarin de contactavonden vallen bomvol zitten, dat je tijdens het schoolkamp slaap tekort komt en dat die slapeloze uren niet uitbetaald worden.

Niemand klaagt daarover. Ja, misschien voor de vorm, maar niet echt. Het hoort bij je vak.

Maar hoe moeten we die 40-urige werkweek dan toepassen op het onderwijs? Nou, niet dus. Complexe problemen vragen om simpele oplossingen. Als de schoen knelt, dan past hij niet. Gewoon nieuwe kopen. Toch?

Mensen die kiezen voor ons vak doen dat weloverwogen. Ze weten wat ze te wachten staat. Ze weten dat het een vak is met voor- en nadelen. Dagen en weken vol stress en van overvolle agenda’s en bakken met werk. Maar gelukkig ook die ademmomenten, die ze vakantie blijken te noemen. Probeer dat niet in een modelletje te gieten of in een formule te verpakken en dan ingewikkeld te gaan zitten rekenen of het allemaal klopt. Doe niet moeilijk met allerlei formules en berekeningen als het simpel kan, of zoals ik het tegen mijn leerlingen zeg: een goede rekenaar is een luie rekenaar. Hij maakt het zichzelf makkelijk en komt toch met het goede resultaat.

Het is voorjaar. Tijd voor de grote schoonmaak. Weg met onnodige regeldruk, het raam uit met die belachelijke administratiebult, de bezem door die rommelige, onduidelijke en complexe cao. En gewoon een simpel vakantierooster, voor iedereen gelijk en elk jaar hetzelfde. Duidelijkheid, daar gaat het toch om?

bottom of page